Home
Een dankwoord
Sitemap
Laatste updates
Curse of diaspora
Wie ik ben
Mijn ouders
Gerelateerden
Tinus Dezentjé
Voorouders & familie
Surabaya's historie
Cannalaan buaya's
Inleiding KH Peneleh
OVERIGE Kerkhoven.
Malacca VOC tijden 1
Malacca VOC tijden 2
PENANG 1 Malaysia
PENANG 2 Malaysia
PENANG 3 Malaysia
PENANG 4 Malaysia
PENANG 5 Malaysia
COCHIN VOC tijden
I4E Graven Den Haag
Indië en oorlog
Archipel oorlogen
Zieleroerselen
Diverse verhalen
ZIJ DIE OPTEERDEN
Java na de Engelsen
Volkeren in Indië
Armenen en Indië
Chinezen en Indië
Deel 2: 27-12-1949
Joden en Indonesia
Indo's in den Verre
Externe Indo links

Chinezen en/in Indië.

De periode vanaf de overdracht op 27 dec 1949. 

 

 

 

Chinese Diaspora.

Tijdens de overdracht stond vast, dat de Chinese inwoners - geboren in Ned.Indië - automatisch Indonesisch staatsburger werden met de clausule dat men de mogelijkheid kreeg om binnen 2 jaar een Nederlandsch paspoort aan te vragen. Daarbij bestond ook de mogelijkheid om een beroep te doen op de Chinese nationaliteit. De groep had dus 3 mogelijkheden en dat gaf een enorme emotionele druk op hen.

Velen onder hen, die Hollands-Chinees onderwijs hadden gevolgd of zelfs in Nederland hadden gestudeerd vroegen het Nederlands paspoort aan, maar bleven in Indonesia.

Het gevolg was, dat deze groep die gekozen had voor het Nederlandsch paspoort eveneens in 1957  Indonesia dienden te verlaten, gelijk alle andere Nederlandsche paspoort houders.

De Chinese groep die gekozen had voor de Chinese nationaliteit werden eveneens gedwongen Indonesia te verlaten en richting China terug te keren. Naar schatting bedroeg deze groep circa 100.000 personen van beide kunne.

In 1959 werd het decreet nr. 10 uitgevaardigd, waarbij het voortaan verboden was voor Chinese "vreemdelingen" handel te drijven op het platteland van Indonesia.

 

In China zelf brak de Culturele Revolutie uit en de uit Indonesia teruggekeerde Chinezen werden in China eveneens het doelwit, met als gevolg dat velen vanuit China emigreerden naar de US, Duitsland en Nederland.

In Indonesia kreeg de groep Chinezen die gekozen hadden voor de Indonesische nationaliteit het ook zwaar te verduren, want Indonesia maakte verschil tussen de "inheemsen" oftewel Asli of Pribumi en de groep die Warga Negara Indonesia was.

Zij richtten derhalve de BAPERKI organisatie op, die voormalig wijlen President Soekarno als patroon had, met het doel om deze groep WNI Chinezen geleidelijk te integreren in de Indonesische samenleving. Echter, de positie van Soekarno zwakte af en ook daarmede de invloed van de BAPERKI en op 10 mei 1963 braken hevige anti Chinese rellen uit op West Java.

Op 1 oktober 1964 vond een mislukte staatsgreep plaats in Indonesia en de WNI Chinezen waren opnieuw het doelwit van de inheemse bevolking, omdat zij als handlangers werden gezien van de communistische partij. En we weten allen hoeveel doden er zijn gevallen onder ALLE, van communisme, inclusief Pribumi verdachten.

 

Klik hier om iets meer te lezen over de BAPERKI. 

 

De Nieuwe Orde - Orde Baru - President Soeharto.

In 1965 werd onder de wetten van de Orde Baru verordend, dat alle Chinese scholen gesloten dienden te worden.

(Persoonlijke noot: Ik zat zelf in 1957/1958 op een Tiong Hoa SMP, die echter slechts nog enkel het naambord toonde als restant maar er werd geen woord Chinees onderwezen. Sterker: De directeur was de heer Lim, die in Nederland had gestudeerd, de geschiedenisleraar was de heer Soewardi wat ik me nog kan herinneren. De tijden toen waren ook voor asli onderwijzers heel zwaar, want deze zelfde heer Soewardi verdiende 's avonds bij, door als becakrijder te fungeren. Hij woonde met zijn gezin in een klein paviljoentje van één der grote huizen in de Gubengbuurt (Jalan Sumatera) en ben wel 's bij hem thuis geweest op visite, waarbij ik veel over de historie van oud Indonesia leerde. Nooit heb ik van hem enige klaagzang of haatdragende woorden gehoord.)

 

Chinese tijdschriften en kranten en boeken werden verboden; de BAPERKI leiding werd gearresteerd en de de BAPERKI werd opgedoekt; in aug 1967 werd een nieuw departement toegevoegd aan het kabinet van President Soeharto, te weten: Staf Khusus Urusan Cina, met als doel uitvoering en coördinatie van de zaken betrekking hebbend op de Chinese minderheid; Chinese religieuze rituelen mochten ook niet meer in het openbaar plaats vinden (Verbod in 2000 door President Wahid opgeheven); Chinese WNI-burgers werd aangeraden om hun Chinese naam in een Indonesisch klinkende naam te veranderen; dit alles om zo snel mogelijk het assimilatie proces te versnellen.

Bovenstaande maatregelen hadden tot gevolg, dat de nieuwe generatie etnische Chinesen zich geheel Indonesiër voelden en velen van hen zelfs de Chinese taal(dialecten) niet meer machtig waren; in 1965 bedroeg het aantal Chinese WNI-burgers nog de helft van het totaal, die een dubbel paspoort hadden, daar waar dit in de 80 en 90-jaren nog maar slechts 10% bedroeg; de codering in persoonsbewijzen - duidend op de etnische afkomst - verdween, alhoewel bij toelating tot universiteiten en officiersopleidingen nog wel werd gelet op de afkomst.

 

(Persoonlijke noot: Mijn aangehuwde oom van etnisch Chinese afkomst zijn ouders waren nog origineel uit Hokkien China afkomstig en naar Indonesia getrokken, heeft een Nederlandsche HBS opleiding gevolgd en geen problemen ondervonden bij zijn opleiding tot leger officier en is zijn loopbaan als LetJen - Luitenant Generaal geëindigd. Alhoewel ik er wel de kanttekening bij plaats, dat hoogstwaarschijnlijk zijn vooropleiding als specialist Longarts ertoe heeft geholpen, dat het hem makkelijk werd gemaakt. Indonesia had destijds immers nog geen volledige en goede kwaliteits staf in het leger en greep daarom elke kans aan om de kwaliteit te verbeteren ongeacht afkomst. Zijn HBS-opleiding heeft echter bij hem diepe sporen van een anti- Nederlands gevoel achtergelaten, want de "ontvangst" van Non-Europese scholen was niet bepaald jubelend in de Gloria of van dien aard. Zijn ouders waren arme kruideniertjes en hadden hun kleine toko vlakbij het station van Pasuruan. Van zijn 5 broers en zusters was hij de enige die Nederlands onderwijs volgde en de overigen waren gedoemd tot het volgen van slechts de "inlandse" lagere school en de jongste kon nog net de SMA halen.)

 

Extra wetenswaardig:

Kwee Kek Beng (1900-1975) en Nio Joe Lan (1904-1973) waren 2 Peranakan intellectuelen die 3 verschillende cultuursferen hebben overbrugd. Beiden waren journalist voor de Indonesisch talige SIMPO over China en de Chinese cultuur en hadden ook Nederlandse publicaties. Zij kozen voor het Indonesich staatsburgerschap alhoewel zij toenadering zochten tot het nieuwe China. Nio veranderde zijn naam in Junus Nur Arif.

Nio was een historicus op het gebied van de Chinese beweging maar stond ook bekend als kenner van de Peranakan cultuur en Chinese sagen en legenden. Één van zijn bekendste boeken: Fengshen Yanyi = De Verheffing tot de Goden - Batavia 1940.

Kwee was politiek gericht en publiceerde boeken over de Chinese geschiedenis en de strijd van China tegen Japan in de jaren 1930. Één van zijn bekende werken is China in den Storm, Hilversum 1938.

 

Het totaal aantal Chinezen in Indië:

1859: 217.176 mensen, waarvan op Java en Madura 145.162

1890: 461.089 mensen, waarvan op Java en Madura 242.111

1905: 563.449 mensen, waarvan op Java en Madura 295.193

 

De verschillende afkomsten van de Chinezen in Indië:

Hokkien uit de provincie Foekkien en voornamelijk op Java.

Punti uit Kwantung voornamelijk alom waar men kon leven.

Hakka en Swatow uit de grensgebieden van bovengenoemde provincies en voornamelijk op Borneo om goud te delven en zij verenigden zich in de zogeheten Kongsi's, die regelmatig strijd leverden met het Ned.Indisch leger vanwege hun rebellie tegen het koloniale gezag. Veelal hadden zij ook onderling strijd en werden de kleine Kongsi's opgeslokt door de grote.

 

De wederopbloei van de Chinese cultuur en tradities in Indonesia:

 

 

Met dank aan de geschriften en de samenstellers/schrijvers ervan, welke ik kon raadplegen.

 

  

Top